Dordrecht en de gewetensvrijheid 7

De wens om in ieder geval in Holland godsdienstvrijheid in te voeren was op de EVS verwoord. De prins hoopte dat de 17 Provincies dat punt tot wet zouden maken, als de vijand het land uitgewerkt was. Het is er niet van gekomen. Dordrecht had op 25 juni nog van de geuzen die de stad binnen wilden trekken geëist dat ze geen schade aan kerken, klooster en kapellen of de huizen van katholieke geestelijken mochten toebrengen en geestelijke personen niet lastig mochten vallen. Ook mochten katholieken die het garnizoen van geuzen en het  protestantse stadsbestuur niet zagen zitten, met hun roerende bezittingen, ongehinderd de stad verlaten. De stad zou daar steng op toezien. Er zijn echter sterke aanwijzingen dat al voor de EVS begonnen was de gardiaan van de Minderbroeders en de prior van de Augustijnen gevangen waren genomen. De geuzen marcheerden trouwens na de verkregen toestemming van de stadsbestuurders met 200 man de stad in, gekleed in kazuifels en koorkappen die ze geroofd hadden uit door hen verwoeste kloosters en kapellen, dus hoe betrouwbaar waren ze…

geuzen
De symbolen van de geuzen: de tas, fles en nap waarmee bedelaars bedelden, met de verenigde handen.

De godsdienstvrijheid was in Dordrecht ook na de EVS ver te zoeken. In ieder geval werd na afloop van de vergadering, toen de gedelegeerden naar Rotterdam waren vertrokken (donderdag 24 juli), de kerk van het Augustijnenklooster van beelden en altaren ontdaan. De volgende zondag, 27 juli, vond er de eerste Dordtse protestantse kerkdienst plaats. De vraag is: waarom toen pas? Iedereen gaat ervan uit dat de EVS in de refter van het Augustijnenklooster (zie hierboven) gehouden werd. Dat staat echter niet vast. Er is maar één bron voor en dat is Matthijs Balen in zijn Beschrijvinge van Dordrecht uit 1677, meer dan 100 jaar later. Hij vertelt er jammer genoeg niet bij hoe hij dat weet. Iedereen heeft daarna voetstoots aangenomen dat het zo was en elkaar nageschreven. Met het gevolg dat al jaren de voormalige refter officieel de Statenzaal heet en het nabij gelegen plein als Statenplein bekend staat. Is het echter waarschijnlijk? Is men niet te veel afgegaan op het feit dat er in zowel het Minderbroeders- als het Augustijnenklooster gedurende de middeleeuwen regelmatig vergaderd werd door gilden en, zeg maar, stedelijke commissies? Maar niet door de  schepenen, de echte magistraten.

stadhuis dorst
Het stadhuis van Dordrecht sinds 1544, zoals het er in de 17e eeuw uitzag. Reconstructie door J. Rutten, 1856, in museum Van Gijn te Dordrecht.

Dordrecht had in 1544 de voormalige Vlaamse (laken)hal als stadhuis in gebruik genomen omdat het oude stadhuis uit 1284 te bouwvallig werd. Dat gebouw bevatte enkele grote vergaderzalen. Daar hoefde men ook niks aan paapse parafernalia te verwijderen. De schout, schepenen en secretaris verbleven dagelijks in dit gebouw en alles was er aanwezig voor het ontvangen van een flink gezelschap van 28, later 29, personen. In Rotterdam en Delft werden de statenvergaderingen ook in de respectievelijke stadhuizen gehouden. Dus waarom vergaderen in de refter, oftewel eetzaal, van een klooster (waar misschien nog monniken aanwezig waren, of waren ze na de binnenkomst van de geuzen al gevlucht?) als je daarvoor geschikte zalen in het stadhuis beschikbaar hebt? Het blijft dus onduidelijk waar die mededeling van Balen op was gebaseerd, maar een logische keuze was die refter, nu dus de Statenzaal genoemd, niet.

Ook uit de Grote Kerk werden in de volgende weken de beelden en altaren verwijderd. Een deel ervan was al door belanghebbenden (families, gilden, priesters) meegenomen en dook later in het buitenland op. Daar hebben we nog het retabel van het Elisabethsaltaar, waaruit het detail van de stad Dordrecht rond 1490 bovenaan dit blog afkomstig is, aan te danken. Begin oktober 1572 werden alle nog in de stad verblijvende geestelijken, monniken,  nonnen en begijnen uit de stad verdreven (behalve de oude en zieke personen, die nog tot hun dood een uitkering van de stad genoten) en werd de kapel buiten de Vuilpoort verwoest. Een kroniekje vertelt dat op 19 oktober nog een mis plaatsvond in de Nieuwkerk, maar dat ’s avonds de geuzen kwamen en er een mini-beeldenstorm hielden. Op 23 november vond in de Grote Kerk de eerste protestantse dienst plaats.

Tijdens de EVS werd dus niet de godsdienstvrijheid in Holland ingevoerd.

kerkschat
Kostbare laat-middeleeuwse miskelken van het type dat veel geroofd werd in de jaren na 1572.

De gedelegeerden, bestaande uit enkele Hollandse edelen en een groep burgemeester en schepenen, hebben erin toegestemd om het punt op de agenda te zetten als er een Staten Generaal vergadering kwam. Dat is in 1579 in Utrecht ook gebeurd, maar in de praktijk werd hij niet ingevoerd. Misschien was de intentie in Dordrecht goed, maar door meer fanatieke protestanten werd er anders over katholieken, en zeker over katholieke geestelijken, gedacht. Nog voor de EVS begon werden ze al vervolgd, en in andere plaatsen dan Dordrecht, gemarteld en vermoord. Het duurde niet lang voor ze volledig werden verdreven en voor hun kerken in beslag werden genomen door de volgelingen van de nieuwe religie. Altaren en beelden werden verwijderd of vernield, kostbaarheden werden geroofd of verkocht om geld voor de landsverdediging te verzamelen en het onroerend goed van de kerken werd door de staat gevorderd.

Het staat ook in de notulen van de EVS dat de geestelijke instellingen, gilden en broederschappen hun goud en zilver in zouden moeten leveren voor de oorlogsinspanning:

Ende voerts het goudt ende zilver van den kercken cloesteren en andere lichamen oft collegien zulcx hebbende meer tot chiragie dan tot nodicheyt.

Dus als het meer sieraad was dan nuttig. De vraag is natuurlijk in hoeverre deze katholieke instellingen vrijwillig mee zouden werken aan een oorlog tegen hun beschermers, de Spaanse koning en Alva. Men zag de bui natuurlijk al hangen en trouwe katholieken en geestelijken verwijderden en verborgen zelf al veel kostbaarheden. Het hoeft ons dan ook niet te verwonderen dat de rest door de geuzen, maar ook door de stedelijke, en dus nu protestante, magistraten in beslag werd genomen.  Inclusief de nuttige voorwerpen. En dat zonder “behoorlicke inventaris ende recepisse” (inventarisatie en reçu’s) zoals was beloofd. Min of meer geroofd dus. En dat had nog de nodige gevolgen voor de Dordtse samenleving.

Zoals Herman van Duinen al schreef:

Door het schenden van die vrijheid was de sfeer in Dordrecht in de jaren na de vergadering anti-Oranje en heulden magistraten met de Spanjaarden.

Dat vertellen de Dordtse cultuurbobo’s u echter niet. Maar het is wel de echte geschiedenis. En die wordt op deze manier willens en wetens behoorlijk veel geweld aangedaan. Als u wilt weten hoe dat na juli 1572 ging kunt u het best het artikel van Van Duinen lezen; het gaat een beetje te ver dit hier nog verder te behandelen.

In het museum en op de website ervan staat dus te lezen:

Ieder mens heeft gewetensvrijheid, is vrij om te geloven wat hij wil. Dat is een van de uitkomsten van de Eerste Vrije Statenvergadering.

Nee, dat is het niet. Ik hoop dat ik dat hiervoor voldoende duidelijk heb gemaakt.

Ik wil met het volgende en laatste blog in deze serie nog aandacht besteden aan waar de EVS wel over ging en waarom, dus abonneert u allen voor zover dat nog niet het geval was.

Wordt vervolgd

Dordrecht en de gewetensvrijheid 2

prinsenhof

Voor ik de bronnen voor de Eerste Vrije Statenvergadering (EVS) voor u ga behandelen, laat ik u even de samenvatting van de gebeurtenissen door Herman van Duinen lezen. Die is in de basis volkomen correct, en dat zou mensen aan het denken hebben moeten zetten, maar ik heb er nog enkele toevoegingen op en ook wat nuanceringen. Dat is nou precies van historici doen: ergens nog eens goed naar kijken en dan kom je soms toch tot wat nieuwe inzichten.

Vorig jaar juli (2015) bezocht ik het vernieuwde museum Prinsenhof in Delft (zie hierboven). Het is mooi geworden; ik kan het iedereen aanraden. In tegenstelling tot de vorige inrichting begint het nu echter niet meer met de middeleeuwen, maar juist met die opstand tegen de Spanjaarden in de zestiende eeuw, die uitliep in een 80 jaar durende oorlog. Het hoogtepunt is natuurlijk de plek in dat voormalige klooster waar de kogelgaten zitten die achterbleven na de moord op Willem van Oranje in 1584.

kogelgaten
De ingelijste kogelgaten bij een trap in het Prinsenhof, het voormalige Agathaklooster, te Delft.

Maar hoe ik ook zocht: nergens was iets te vinden over die EVS. Die was namelijk nadat Rotterdam en Delft midden juli door de Spanjaarden waren verlaten de dagen na 23 juli naar eerst Rotterdam en daarna Delft verhuisd. Maar: niks! Natuurlijk ben ik mediëvist, en houd ik me niet zo met de 80-jarige oorlog bezig, maar ik weet er toch voldoende van om dat vreemd te vinden. Of was hier wat anders aan de hand? Klopt Dordrecht het belang van de EVS soms wat te veel op en vinden ze het in Delft helemaal niet zo’n belangrijke gebeurtenis.

Natuurlijk kende ik inmiddels het artikel van Herman van Duinen al, en had hem laten weten dat ik het er helemaal mee eens was, en had met kromme tenen het gedoe op Koningsdag 2015 aangezien. Maar wat als Dordrecht, en het museum, het nou eens bij het verkeerde eind hebben en die EVS helemaal niet zo’n rebelse daad was en de uitkomsten helemaal niet zo verreikend waren?  En zo is het inderdaad… Van Duinen heeft de argumenten al op een rijtje gezet:

In 1572 ontstond er geen onafhankelijk Nederland, er was geen sprake van een natie of nationalisme. In 1588 ontstond de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden waarin de grote steden een flinke mate van zelfbestuur kenden. Pas de Bataafse Republiek (1795-1806) was een eenheidsstaat met een democratisch karakter. Modern Nederland ontstond voorzichtig in 1813 met het aantreden van Willem I als soeverein vorst. Pas na de officiële afscheiding van België in 1839 ontstond het echte moderne Nederland op het huidige grondgebied. Pas in 1922, met het kiesrecht voor alle burgers, ontstond hier een democratie.

De statenvergadering van 1572 werd op last van Willem van Oranje samengeroepen en besluiten werden er in opdracht van de prins genomen. De keuze voor Dordrecht werd uit nood geboren en toen de Spaanse bezetting in de andere steden werd opgeheven verplaatste de vergadering zich eerst naar Rotterdam en daarna naar Delft.

Hoewel de prins godsdienstvrijheid gelastte werd die niet ingevoerd. Het Augustijnenklooster werd gevorderd, de kerk en de Grote Kerk van altaren en beelden ontdaan en in de Nieuwkerk werd een minibeeldenstorm gehouden.

Door het schenden van die vrijheid was de sfeer in Dordrecht in de jaren na de vergadering anti-Oranje en heulden magistraten met de Spanjaarden.

Tussen 1572 en 1581, bij het afzweren van Filips II, werd niet gedacht aan een onafhankelijk Nederland zonder vorst. De bedoeling was dat Noord en Zuid samen zouden gaan onder een nieuwe vorst. Toen dat dus niet lukte riep men de Republiek uit in de Noordelijke Nederlanden.

Er is geen bewijs dat de statenvergadering in de refter van het Augustijnenklooster werd gehouden. Balen noemt dat in 1677 voor het eerst zonder bewijsmateriaal ervoor te leveren en latere historieschrijvers en historici hebben hem dat nagepraat. De naam Statenzaal is dus gebaseerd op een aanname en zou moeten vervallen.

Punt 1 lijkt me duidelijk. Alle retoriek dat in Dordrecht in 1572 een vrije staat zou zijn begonnen, klopt van geen kanten. Verderop zal ik laten zien dat er in die EVS ook helemaal niet aan gedacht werd: men wilde gewoon van de Spaanse overheersing van Alva en zijn leger af. Er was geen sprake van het verlaten van het Habsburgse rijk. Filips II was hun koning en bleef dat.

filips II
Portret van koning Filips II in ca 1560 door Anthonie Mor van Dashorst.

Wat hem wel kwalijk werd genomen is dat hij zijn belofte dat hij in alles en over alles met de Staten zou onderhandelen niet hield. Dat had hij in 1549-50 als kroonprins, voor hij weer naar Spanje vertrok, voor alle Staten van de 17 Provinciën gezworen. Ze gaven toe dat hij dat niet zelf deed, maar dat de door hem gestuurde hertog van Alva die belofte wel met voeten trad. En dat kon niet. Sinds de Bourgondische tijd hadden diverse vorsten daarmee te maken gehad; de steden en de edelen niet inschakelen in de politiek was niet aan de orde in de Lage Landen. Wel was er protest tegen de vervolging van protestanten in naam van de koning, maar dat feit ophangen aan de Spaanse tirannie werd pas later een belangrijk punt.

Wordt vervolgd